Archief | augustus, 2016

Letterbak. Taalkwesties & Limburgs dialect (2)

11 aug

Mooie woorden in het Limburgs dialect

Letterbak van Wim Kuipers

Wat zegt de Limburger tegen ‘zakdoek’?

Laatst las ik in de bundel ‘Letterbak: Moeles van de sjalevaeger, aan de hand van Wim Kuipers, uitgegeven in 1999. Wim Kuipers schreef korte verhalen over taal en Limburgs dialect in het dagblad De Limburger. Deze verhalen werden gebundeld in een Letterbak, zoals in deze.
Hij schrijft in een van die verhalen over mooie woorden in het Limburgs dialect, zoals ‘sjottelsplak’ (vaatdoek) en ‘tesseplak’ (zakdoek). Hij schrijft erbij, dat voor dit laatste in het Limburgs dialect ook wel ‘maalplak’ wordt gezegd. en dat kwam mij bekender voor. Ik weet uit mijn vroege jeugd, dat mijn vader een ‘maalplak’ had. Die haalde hij uit zijn ‘maal’ (broekzak).

Toentertijd hadden alleen mannen een ‘maalplak’. Vrouwen hadden waarschijnlijk wel een zakdoek, maar geen ‘maalplak’. Zij hadden immers geen ‘maal'(broekzak). Kinderen hadden ook geen ‘maalplak’. Zij werden wel eens uitgenodigd de ‘maalplak’ van de vader te gebruiken.
Ik kan mij herinneren – ik was toen misschien 10 jaren oud – dat  ik elke week bij Tant Maria (zus van mijn vader) De Lach ging lezen. Tant Maria had een aangenomen zoon en die was tamelijk verwend. Hij werd door haar ‘de jóng’ genoemd, ook nog toen hij al een baan had bij de Staatsmijnen. Die ‘de jóng’ was geabonneerd op De Lach, toentertijd een pikant blad. ‘De jóng’ werkte op zaterdag en ik wist dat de postbode ’s zaterdags De Lach bracht. Daar mocht ik van Tant Maria in bladeren, als ik maar niet de indruk gaf, dat in het blad gebladerd was, anders werd ‘de jóng’ boos.

Ik bladerde, staand aan de keukentafel, terwijl Tant Maria in de woonkamer aan het rommelen was. Zij hoorde mij voortdurend snuiven en zij sprak toen de legendarische woorden: ‘höbste geine sjnoefplak’ (heb je geen zakdoek?).  Die had ik niet, dus ik ging maar gewoon door met snuiven.

Haarinkele

Een ander mooi woord, dat Wim Kuipers noemt, is ‘haarinkele’. Zonder dat ik zijn verdere uitleg gelezen had, wist ik wat hij daarmee bedoelde, omdat het mij ook al eens overkomen was.
Hij legt uit dat vroeger de kinderen vaak klompen droegen en dat het wel eens gebeurde, dat bij het rennen met de ene klomp de binnen enkel van de andere voet werd geraakt. met als gevolg dat deze werd ontveld.

Wim Kuipers legt ook uit waar volgens hem het woord ‘haarinkele’ vandaan komt. ‘Inkele’ is duidelijk, dat is het Limburgs woord voor ‘enkels’. ‘Haar’ komt volgens hem van ‘haare’ (slijpen). De enkel wordt door de klomp ‘gehaard’, je slijpt bij de enkel het vel eraf.

Dit bracht mij op een andere anekdote uit mijn jeugd. Ik heb het al eens eerder in een blog verteld, maar het is nu weer toepasselijk.
Ik denk dat ik een jaar of vijf oud was en ik was bij mijn grootvader (van vaderszijde) op vakantie. Hij was mijn peter en naamgever, dus hij kon mij wel hebben. Hij was wat je noemt een ‘keuterboer’, een koe, een varken, wat kippen en wat land. Op een dag nam hij mij mee, omdat hij op een stuk land gras wilde maaien. Dat gras werd verwerkt tot hooi voor de koe. Hij vertrok met een handzeis en een koehoren met water en een slijpsteen. De koehoren bevestigde hij aan zijn broekband.
Bij het weiland aangekomen, hing hij de koehoren aan een draad van de omheining en begon te maaien. Na een tijdje moest hij zijn zeis ‘haare’ (slijpen) met behulp van de slijpsteen en het water in de koehoren. Terwijl hij bezig was met maaien, wilde ik de koehoren eens beter bekijken. Ik was daarbij zo onhandig om de koehoren om te keren, waardoor het water eruit liep. Toen grootvader opnieuw wilde ‘haare’ was er geen water. Hij keek mij bestraffend aan, maar ik deed alsof mijn neus bloedde.

Gelukkig was mijn grootvader een aardige man en hij maakte er verder geen woorden meer aan vuil. Het was toch al een man van weinig woorden. Hij mocht mij wel, maar nu even niet. Maar hij moest water hebben en dat was in geen velden of wegen te bekennen. Grootvader wist er iets op te vinden, hij was niet voor niets ‘keuterboer’. Hij draaide zich resoluut om, plaste in de koehoren en ging doodleuk verder met ‘haare’. Of het maaien beter verliep, weet ik niet. Het leek mij verstandig om verder van de koehoren af te blijven.

Ik vraag mij nu nog steeds af, waarom grootvader die koehoren met water van huis meenam. Tijdens het lopen, mocht hij het water immers niet morsen. Ik denk, dat hij dit al jaren deed en dat zijn vader hem misschien dat geleerd had. Plassen deed je alleen in noodgeval.

Maastricht, 11 augustus 2016

Pierre Swillens

Naschrift: ‘jóng’ wordt in het Limburgs dialect niet uitgesproken met de ‘o’, zoals in het Nederlandse ‘jongen’ en ook niet met de ‘u’, zoals in het Duitse ‘Junge’, maar met een klinker ergens daar tussen in. De klankkleur benadert wel het meest de uitspraak in ‘Junge’. Het verkleinwoord ‘jungske’ (jongetje) wordt uitgesproken met de ‘u’, zoals in het Nederlandse ‘hun’.

 

Irene van Vlijmen

4 aug

Begenadigd kunstenares

Beroemd in Spanje, vrijwel onbekend in Nederland

Inleiding

Irene van Vlijmen-7a
In het dagblad De Limburger van 16 juli 2016  stond een artikel met als kop: Een boek als eerbetoon aan Irene. In het artikel laat men José van Vlijmen aan het woord, die vertelt dat zij bezig is met het uitgeven van een boek , dat een eerbetoon moet worden aan haar overleden zuster Irene.
Aangezien Irene voor het grootste deel van haar leven in Spanje woonde en werkte, is in Nederland weinig over haar werk bekend. José hoopt met het boek een lacune op te vullen.
José bestiert op 74-jarige leeftijd een fotografiewinkel in de Hoogstraat in Weert. Deze winkel annex woonhuis heeft zij ingericht als een soort museum voor werken van haar zus Irene.
Irene heeft hier in haar leven zelf aan bijgedragen. Zo is het trappenhuis met een wenteltrap, die alle verdiepingen verbindt, door Irene voorzien van een frescoschilderij, ter hoogt van negen bij twee meter.
In de winkel heeft Irene een frescoschilderij aangebracht met een omvang van vijf bij vier  meter.

Wie was Irene van Vlijmen?

Irene van Vlijen werd op 23 november 1939 geboren te Weert en zij overleed op 1 september 2007 te Malaga (Spanje).
Na haar middelbare schoolopleiding studeerde zij aan de Stadsacademie te Maastricht. Zij vervolgde haar studie aan de Rijksacademie in Amsterdam en vervolgens aan het Koninklijk Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen.

Hoewel zij een studiereis naar Rome had verkregen, verkoos zij in 1965 om naar Spanje af te reizen. Spanje had haar altijd aangetrokken door het klimaat, de mediterrane sfeer  en de klankrijke taal. Zij begint hier een studie aan de Real Academia de Bellas Artes San Fernando te Madrid. Hier bekwaamde zij zich in het op authentieke wijze verwerken van fresco’s en mozaïeken.

In 1967 huwde ze met de Spaanse projectontwikkelaar Alfonso Fernández Nieto en vestigde zij zich met hem te Malaga.

Irene van Vlijmen als kunstenares.

irene_van_vlijmen-21

Irene van Vlijmen aan het werk (foto te vinden op de website Erfgoed Weert)

Irene van Vlijmen groeide op in een harmonieus en kunstinnig gezin. Haar moeder was de bekende fotografe Nelly de Turek.
Door haar opleiding ontwikkelde Irene zich tot een veelzijdige kunstenares. Zij maakte grafieken, etsen en litho’s, schilderde aquarellen, olieverfschilderijen en fresco’s en maakte mozaïeken. Bovendien ontwierp zij juwelen en tapijten.  Zij exposeerde over de gehele wereld, voor de eerste keer in Madrid.  Deze expositie werd geopend door prinses Irene (sic).

Bekende werken (projecten) van Irene

BUITENLAND

Château de Chailly, Poilly-en-Auxois, France

In 1988 exposeerde Irene van Vlijmen in Santa Ana (Californië). Hier ontmoette zij de steenrijke Japanse zakenman Yasuhiko Sata. Deze vertelde haar, dat hij in Frankrijk een kasteel had gekocht aan de Côte d’Or, het Château de Chailly. Dit kasteel wilde hij inrichten als hotel. Hij was gecharmeerd van het werk van Irene en hij vroeg haar of zij het interieur van een van de torens wilde inrichten met haar werk. Hij gaf haar hierbij carte blanche. Het werd een geheel project, La Dôme du Cosmos genaamd. Irene werkte er twee jaren aan (zie foto 1).

 irene_van_vlijmen-24

Foto 1 Irene’s project La Dôme du Cosmos in Château de Chailly, France

Hotel Villa Guadalupe, Malaga, España

Een tweede project was het verfraaien van Hotel Villa Guadalupe in de buurt van Malaga, Spanje (zie foto 2). Op de website van Hotel Villa Guadalupe is een mooi artikel in het Engels te vinden, aan de hand van de Nederlandse dichter Pierre Bogaers, over het leven van Irene van Vlijmen. Ga hiervoor naar http://www.villaguadalupe.com Kies een taal met behulp van de vlaggetjes en klik in de bovenbalk op de tab The Artist.

irene_van_vlijmen-5

Foto 2 Irene van Vlijmen voor een van haar werken in Hotel Villa Guadalupe

BINNENLAND

Grand Hotel Karel V, Utrecht

Wat betreft werken van Irene van Vlijmen in Nederland heb ik reeds gewezen op de frescoschilderingen in het winkel-woonhuis aan de Hoogstraat in Weert.

Ondanks het feit dat Irene in Spanje woonde en werkte, zijn er een aantal werken van haar in Nederland te bewonderen, zoals het mozaïek in het Grand Hotel Karel V te Utrecht (zie foto 3). Dit mozaïek stelt een tweekoppige adelaar voor en bevindt zich nabij de ingang aan de Springweg. De symbolische betekenis van het mozaïek is mij niet bekend.

irene_van_vlijmen-15

Foto 3 Mozaïek in Grand Hotel Karel V, Utrecht

Het ei van Château St. Gerlach, Houthem

 Ook in de nabijheid van Maastricht zijn werken van Irene van Vlijmen te bewonderen. In 2007 fotografeerde ik in de tuin van Château St. Gerlach te Houthem-Valkenburg een prachtig  ei, door Irene van Vlijmen voorzien van een mozaïek (zie foto 4). Het ei draait 360 graden, zodat steeds een ander deel zichtbaar wordt.
Irene gebruikte ca. 140 kleuren, waaronder 20 nuances goud. Het glas voor de mozaïek werd gepigmenteerd en met de hand gesneden in het 110 jaren oude atelier van Angelo Orsoni te Venetië. Het 23-karaats bladgoud werd ingeklemd tussen twee glazen plaatjes. In totaal gebruikte zij ca. 40.000 mozaïek-stukjes. Het kunstwerk werd in 1997 voltooid.

irene_van_vlijmen-20

Foto 4 Mozaïek-ei, vervaardigd door Irene van Vlijmen

 Mozaïek/fresco in dagkapel Château St. Gerlach, Houthem

In 1997 had Irene van Vlijmen op dezelfde wijze een mozaïek aangebracht in de dagkapel van Château St. Gerlach (zie foto 5). Dit mozaïek, aangevuld met frescoschilderingen, besloeg de gehele achterwand van de kapel. De afmeting bedroeg 4,5 bij 6,85 meter.
Irene gebruikte hiervoor ca. 260 kleuren, waaronder 23 karaats goud in 20 nuances. Voor het mozaïek waren honderdduizenden stukjes glas nodig in dezelfde techniek en afkomst als bij het ei. De gehele mozaïek werd door haar aangevuld met frescoschilderingen, zoals de omlijstende regenboog.

Centraal in de mozaïek is de Heilige Drie-eenheid gesymboliseerd in de vorm van het alziend oog van God de Vader, de Madonna met Jezus Christus (de Zoon) en de H. Geest in de vorm van een duif, vlammen en vurige tongen.
Tevens centraal staat Sint Gerlach. Links in de mozaïek stelt de cirkel een visioen van de H. Hildegard van Bingen voor, die St. Gerlach meerdere malen bezocht. Zij had hem verteld, dat zij een visioen had gehad, waarbij zij  Gerlach in de hemel aantrof, zittend op een mooie stoel. Ook schonk zij hem haar kroon, die zij droeg bij haar professie.

 irene_van_vlijmen-10

Foto 5 Mozaïek/fresco in dagkapel Château St. Gerlach, Houthem

 Op de website van de Parochie Sint Gerlach trof ik een dubbelfoto aan, waarop wordt geïllustreerd dat Irene van Vlijmen een zelfportret in haar mozaïek had verwerkt. Zij gebruikte hiervoor een kinderfoto van haar. Zij verwerkte haar hoofd zodanig in de mozaïek, dat het alleen de insiders zal opvallen.  Als je ter hoogte van haar mond op de kinderfoto naar links in het mozaïek-detail gaat, dan zul je het hoofdje mogelijk vinden.

Irene van vlijmen-6

Foto 6 Dubbelfoto van Irene van Vlijmen, op kinderfoto en in mozaïek

Epiloog

Aan haar werkzaam en productief leven  als kunstenares kwam vroegtijdig een eind. Laat ik eindigen met een weergave van haar gedachtenisprentje (zie foto 7).

Irene van Vlijmen-7

Foto 7 Gedachtenisprentje van Irene van Vlijmen

Maastricht, 4 augustus 2016
Pierre Swillens