Johanna Stuit – Nijssen
(7 december 1917 – 30 augustus 2012)
Vrienden voor het leven
Johanna is er niet meer. De onverwoestbare, altijd goedgeluimde, vrouw, die zij was, is uit ons midden weggevallen. Ruim 55 jaar mochten wij Johanna tot onze vriendin rekenen. Als steun bij huishoudelijke hulp en naaien was Johanna nadrukkelijk aanwezig. Zij maakte de geboorte en het opgroeien van onze kinderen mee, was aanwezig op verjaardagen en toonde altijd belangstelling voor ons wel en wee. Je kon ook altijd een beroep op haar doen.
Johanna wilde wel 105 jaar worden. Het werden er slechts 94, bijna 95.
Johanna was altijd goedgehumeurd en opgeruimd, ook als het leven haar niet altijd toelachte. Zij liet er niets van merken.
Levensloop
In haar jonge jaren was ze gouvernante geweest bij de familie van Jules Regout. Jules Regout had gezorgd voor een groot nageslacht, dus er was altijd werk aan de winkel. Dat de kinderen Regout haar hierbij op handen droegen, blijkt wel uit het feit, dat ze op latere leeftijd met Johanna contact bleven onderhouden.
Later trouwde Johanna in 1944 met Jan Stuit en ze kregen een dochter Madeleine. Johanna maakte mee, dat toen Madeleine trouwde met Fons haar gezin zich uitbreidde met de kleinzoon Pasquale en later met drie achterkleinkinderen. Johanna leefde mee met het wel en wee van haar gezin en iedereen droeg haar hierbij op handen. Haar man stierf echter op 62-jarige leeftijd en Johanna kwam er alleen voor te staan. Zij wist zich er doorheen te slaan, vooral door op te trekken met haar dochter Madeleine, haar schoonzoon Fons en de kleinzoon en achterkleinkinderen.
Animator
Johanna verhuisde uiteindelijk naar een aanleunwoning bij een bejaardenhuis. Toen begon voor Johanna een nieuw leven. Het leven van animator in een bejaardenhuis. Dat was een rol, die Johanna op het lijf was geschreven. Anderen plezier en afleiding bezorgen, hield haar bezig. Zodanig zelfs dat de bewoners zaten uit te kijken wanneer Johanna zou verschijnen om met een mop of kwinkslag leven in de brouwerij te brengen. Nu ja brouwerij, het was overigens een droogstaand gezelschap.
Op het bidprentje van Johanna staat, dat ze met het grootste gemak een hele zaal kon vermaken. Een anekdote, als bewijs hiervan, kunnen wij jullie vertellen. Het was in de tijd van Carnaval en Johanna had zich bedacht welke ‘act’ ze zou opvoeren voor de bewoners.
Als gediplomeerde naaister naaide zij met gemak een schort uit een wit beddenlaken. Zij voorzag de schort van grote zakken. Daarin borg zij een compleet ontbijtservies, bestek, een mandje met brood, een krant en en pot met pas gezette koffie. Daarmee toog zij naar het bejaardenhuis. Zij kwam echter niet ver. Het was glad buiten en Johanna schoot onderuit. Weg, pot met koffie. Johanna bleef niet bij de pakken zitten en ging weer naar binnen om een nieuwe pot te zetten.
De tweede keer lukte het haar wel de recreatieruimte met bewoners te bereiken. Johanna zei geen woord, dekte een tafeltje met een wit tafellaken, en haalde uit haar schort het servies en bestek, alsmede het broodmandje te voorschijn. Schonk een kop koffie uit de pot, vouwde de krant open en stak een pijp in de mond (een oude pijp van haar man). Zij ging duidelijk op haar gemak de krant lezen.
Al die tijd had ze geen mond opengedaan en geen spier vertrokken. De bewoners waren eerst verbouwereerd, maar begonnen allengs tot grote hilariteit de ‘act’ te begrijpen. Johanna had weer eens kans gezien de hele zaal bezig te houden.
Ad rem
De bewoners en ook de leiding van het bejaardenhuis begonnen de activiteiten van Johanna naar waarde te schatten. Het was weer eens de tijd van Carnaval. Helaas konden ze Johanna niet uitroepen tot Prins Carnaval, dat moest immers een man zijn, meestal een bejaarde droogkloot dus.
Maar nu waren ze op het idee gekomen om Johanna tot adjudant van de Prins te benoemen. Zij kreeg een galajurk, een muts en een sjerp. En dat droeg Johanna met flair. Zij voelde de waardering, die eruit sprak. Bij alle activiteiten van de Prins was zij betrokken.
Toen wij haar vroegen, wat de taken van de adjudant van Prins Carnaval zoal waren, antwoordde zij ad rem: “Als de prins gaat plassen, dan mag ik zijn stokje vasthouden”. Daarbij liet zij in het midden welk stokje zij bedoelde.
Vallen en opstaan
Behalve met de koffiepot viel Johanna vaker en meestal had zij iets gebroken. Een voorval, overigens buiten haar schuld, mogen wij jullie niet onthouden. Johanna was op stap in Den Haag, Toen ze op de tram stapte, trok de bestuurder zo schielijk op, voordat Johanna een zitplaats had gevonden, dat zij van voor naar achteren door de tram kukelde. Resultaat een gebroken heup.
Johanna had weer eens pech. In het ziekenhuis in Den Haag wilden ze haar wel opereren, maar daar voelde zij niet veel voor. Liever in Maastricht, daar was haar familie.
Per ambulance werd Johanna naar Maastricht vervoerd. Zij zal best pijn hebben geleden. Maar desondanks wist zij de broeders op te vrolijken, door tijdens de rit te vragen, of ze niet ergens wilde stoppen om een kopje koffie te drinken. Zo was Johanna, altijd wrange humor.
Röntgenfoto
In Maastricht werd een Röntgenfoto gemaakt van de heup. De artsen kwamen hierbij tot de ontdekking dat zij een naald in het betreffende dijbeen had. Johanna wist meteen waar die vandaan kwam. Als kind had zij in opdracht van haar moeder, die eveneens naaister was, een jurk moeten wegbrengen. Die was ingepakt in een doek, dat met spelden was vast gestoken. Uit balorigheid had Johanna met de jurk gezwaaid. Toen moest de naald in haar dijbeen zijn terechtgekomen. Zij had wel iets gevoeld, maar er geen aandacht aan geschonken. Of de artsen de naald hebben verwijderd, of hebben laten zitten, weten wij niet. Wij denken dat ze de zaak zo gelaten hebben, want de naald zat er al een leven lang.
Heupoperatie
De heupoperatie verliep voorspoedig en Johanna lag in Maastricht in het ziekenhuis. Zij kreeg bezoek van haar schoonzoon Fons, die biologieleraar was. Hij had een kunstheup meegenomen, die hij bij het onderwijs van het menselijk lichaam gebruikte, om Johanna te laten zien, wat er bij haar gebeurd was.
Johanna zag er meteen brood in en vroeg of ze de heup even mocht behouden. Zij zag de ‘act’ al voor zich. Eerst probeerde ze het bij een verpleegster. Ze vertelde de verpleegster, dat zij zo’n pijn aan haar nieuwe heup had gehad, dat zij die tenslotte maar weer uitgenomen had.
Johanna wist het verhaal zo geloofwaardig te vertellen, dat de verpleegster in haar naïviteit uitriep: “Maar er zit toch geen bloed aan”. Daar had Johanna zelfs niet aan gedacht, om het nog realistischer te doen lijken.
Johanna wist ook, dat de arts die haar geopereerd had, nog op bezoek zou komen. Zij verborg de kunstheup onder haar laken. Toen de arts vroeg, hoe het met haar ging, antwoordde Johanna, dat zij ’s nachts zoveel pijn had gehad, dat zij de heup maar had verwijderd. Als bewijs toonde zij de kunstheup.
De arts was verbouwereerd, maar niet naïef. Zo’n wrange humor had hij nog niet meegemaakt. Maar hij wist wel, dat het goed zat met deze patiënt.
Crematie
Uiteindelijk ging de gezondheid van Johanna achteruit. De laatste jaren kreeg ze hoe langer hoe meer last van Alzheimer. Van de vrolijke goedlachse Johanna bleef niet veel meer over. Op het laatste herkende zij niemand meer. Zij is vredig ingeslapen, een lang leven met ups en downs kwam ten einde.
Voorheen had zij te kennen gegeven in besloten kring gecremeerd te willen worden. Liefst tweemaal omdat zij er zeker van wilde zijn, dat het goed was gebeurd.
Wij beschouwen het als een voorrecht dat zij ons voor deze besloten crematie uitnodigde. Zo konden wij haar de laatste eer bewijzen, die haar toekwam. Een levenskunstenares, die genoot als ze het anderen naar hun zin kon maken, was er niet meer. Zo blijft het beeld van Johanna altijd bij ons.
Mientje en Pierre
p.s. De naaste familie van Johanna heeft mij, na lezing van bovenstaande ‘Post’, te kennen gegeven, dat Johanna hen wel degelijk tot het laatste moment heeft herkend. Zij waren blij hierover, omdat ze bewust van Johanna afscheid hebben kunnen nemen.
Geweldig! Zal Madeleine wel graag willen lezen, lijkt me.
Pierre en Mientje. Ondanks, dat het al half twaalf is, zit ik toch nog geintereseerd te lezen van Johanna . Volgens mijn gevoelens een geweldige vrouw.