Grote Markt, Brussel
de Sterre (l’Etoile)
Wie ooit Brussel met een bezoek heeft vereerd, heeft minstens de Grote Markt bezocht met al z’n mooie gebouwen. Als je pal voor het Stadhuis staat, heb je links van het Stadhuis de Karel Bulsstraat. Aan de ingang van deze straat bevindt zich het huis ‘de Sterre’ (l’Etoile), het kleinste maar ook een van de oudste gebouwen op de Grote Markt (op de foto geheel rechts).
‘De Sterre’ wordt ook wel aangeduid als het ‘Huis van de Amman’, ten teken dat hier vroeger de Amman resideerde. De Amman was een opperrechter, die de Hertog van Brabant verving bij de uitvoering van de hoogste jurisdictie (waarnemen van de hertogelijke bevoegdheden). Hij werd dan ook benoemd door de Hertog van Brabant.
Karel Bulsstraat
‘De Sterre’ heeft een bewogen geschiedenis. Rond 1852 besloot het stadsbestuur van Brussel om de straat, die nu Karel Bulsstraat heet, te verbreden om ze o.a. toegankelijk te maken voor omnibussen op rails. Het huis ‘de Sterre’ moest daarvoor worden opgeofferd en werd dan ook afgebroken. Velen verzetten zich daartegen, ook al vanwege de historische betekenis van het gebouw. In 1897 werd het dan ook weer in de oorspronkelijke staat opgebouwd, zij het dat men als compromis de onderste verdieping als een onderdoorgang op pilaren optrok (zie bovenstaande foto).
Wie was Karel Buls?
Karel Buls (1837-1914) was een politicus, die het meest bekend werd als burgemeester van de stad Brussel. Zijn vader was goudsmid in de regio Mechelen. Karel volgde opleidingen in Parijs en Italië. Hij werd eveneens goudsmid en bleef in de zaak van zijn vader werken tot 1878.
in 1862 trad hij toe tot de Franstalige Vrijmetselarij. Vreemd genoeg was hij ook als ‘flamingant’ lid van twee Vlaamse organisaties.
Hij werd gemeenteraadslid (1877-1899), schepen (1879-1881) en burgemeester van Brussel (1881-1899). Als schepen was hij verantwoordelijk voor onderwijszaken. Tevens was hij volksvertegenwoordiger (1882-1896) voor de Liberale Partij.
Karel Buls was de drijfveer achter het herstel van historische gebouwen. Hij zorgde voor de afbouw van de restauratie van het Broodhuis op de Grote Markt. Samen met de stadsarchivaris Alphons Wauters legde hij de basis voor de inrichting van een gemeentemuseum in het Broodhuis. In 1887 werd dit museum officieel ingehuldigd.
Hij was ook de initiator tot herbouw van het huis ‘de Sterre’ in 1897, zij het met de onderdoorgang als compromis. De straat werd naar hem vernoemd en in de onderdoorgang kwam een gedenkplaat ter zijner herinnering.
Op zijn advies moesten de politieagenten in Brussel, zowel Frans als Nederlands spreken en voerde hij de tweetalige bewegwijzering in.
Hij verzette zich tegen de grootse plannen van Koning Leopold II, die architectonische vernieuwingen in Brussel wilde aanbrengen, ten koste van oude delen van de stad.
Ostentatief nam Karel Buls in 1899 afscheid als burgemeester. Hij stierf op 13 juli 1914.
Everard t’ Serclaes
In 1898 had Karel Buls aan de gemeenteraad van Brussel voorgesteld om een monument op te richten voor Everard t’ Serclaes.
Everard t’ Serclaes werd bekend toen hij op 24 oktober 1356 Brussel bevrijdde van de Vlaamse bezetting onder Lodewijk de Male. Hertog Jan III van Brabant was op 3 december 1355 overleden en opgevolgd door zijn dochter Johanna, Hertogin van Brabant. Dit was niet naar de zin van de Graaf van Vlaanderen, Lodewijk de Male. Deze bezette Brabant en Brussel, maar werd door Everard t’ Serclaes en zijn volgelingen met behulp van ambachtslieden uit Brussel verdreven.
T’Serclaes werd meerdere malen aangesteld als schepen (alderman) van Brussel. Hij kwam in conflict met Johanna van Brabant, toen deze in 1388 een aantal dorpen, die onder toezicht stonden van de Brusselse Amman, in pand wilde geven aan Sweder van Abcoude, heer van Gaasbeek. Everard t’ Serclaes werd op 28 maart 1388 overvallen door Willem van Kleef, bastaardzoon van Sweder en de baljuw van Gaasbeek. Hij werd zwaar verminkt en overgebracht naar het huis ‘de Sterre’, de ambtswoning van de Amman van Brussel. Daar stierf hij op 31 maart 1388.
De Brusselaren namen wraak en belegerden het kasteel van Gaasbeek, staken het in brand en plunderden de kippenstallen. Het verhaal gaat dat de Brusselaren hun bijnaam ‘kiekenfretters’ hieraan te danken hebben.
Monument Everard t’ Serclaes
Dankzij Karel Buls kwam dit monument ter ere van Everard t’ Serclaes in de onderdoorgang van huis ‘de Sterre’. Het monument werd ontworpen aan het einde van de negentiende eeuw door de kunstenaar Julien Dillens (1849-1904). Het representeert een liggende en stervende Everard t’ Serclaes, alsmede een aantal taferelen uit het leven van hem..
Strelende handen nopen tot renovatie
Toen wij er waren in maart 2011 lag T’Serclaes er nog in volle glorie bij. Als bijzonderheid geldt dat de inwoners van Brussel en later de toeristen meenden, dat aanraking van het beeld door het strijken over de arm geluk zou brengen en wensen in vervulling zou doen gaan.
Wij merkten op dat inwoners volgens een ritueel over de arm van het beeld streken, de neus aanraakten, alsmede een hond, een schild en een kinderkopje van de taferelen. De toeristen streken overal. Door corrosie zijn beeld en taferelen zwart. Alleen de aangeraakte delen laten het oorspronkelijk brons zien, hetgeen een mooi effect aan het beeld geeft.
De aanraking heeft echter als bijkomstigheid dat schade aan het beeld ontstaat. De arm werd reeds een tiental jaren geleden gerestaureerd. De toestand van het beeld is toch zorgwekkend en het stadsbestuur heeft besloten om het beeld te restaureren. In oktober 2011 werd het beeld weggehaald door het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium voor een grondig onderzoek en een analyse van de beschadigingen. Alleen het onderzoek zal al € 46.300 kosten. Men verwacht dat de restauratie 2 à 3 jaar zal duren.
Intussen heeft het stadsbestuur om de toeristen te behagen een replica in kunsthars geplaatst. Of men de replica gaat strelen is niet bekend. Wel wil men zich erover bezinnen, hoe het beeld kan worden teruggeplaatst.
Geef een reactie